De Nymphaea werd gebouwd in de periode 1916-1917 in Haarlem en was destijds het grootste stalen motorjacht dat in Nederland werd gebouwd. De opdrachtgever was de Rotterdamse reder Albert Goudriaan, en het ontwerp kwam van Henri W. de Voogt, een jonge, veelbelovende scheepsarchitect. De bouw vond plaats op de Werf Conrad, een scheepswerf die gespecialiseerd was in baggerschepen en havenmaterieel, maar voor deze opdracht samenwerkte met de Haarlemsche Jachtwerf, die zich richtte op jachtbouw.
De werf Conrad in 1928. Midden: de bouwloods. Linksboven: het Spaarne. Links van het midden (schuin) De Paul Krugerkade, nu Paul Krugerstraat.
De Nymphaea werd gebouwd als een luxueus motorjacht, ontworpen voor comfortabel cruisen over de binnenwateren en kustgebieden. Het schip had een robuuste, zeewaardige constructie met een verhoogd voorschip en een breed achterschip, waardoor het een stabiel vaargedrag had.
De opbouw was elegant en gestroomlijnd, met grote ramen in de salon en een ruim achterdek voor ontspanning.
Nymphaea verlaat de Veerhaven, Juni 1922
Het interieur was zeer verfijnd, met panelen van eiken- en mahoniehout en op maat gemaakte meubels. De salon bood plaats aan gasten en was voorzien van comfortabele zitbanken, een schrijftafel en een eettafel. In de pantry bevonden zich een kolengestookt fornuis en een kleine wijnkelder. De hutten waren efficiënt ingedeeld met slaapplaatsen voor de eigenaar en bemanning.
De tewaterlating in 1917 verliep ongebruikelijk. In plaats van direct vanaf de werf te water te gaan, werd de Nymphaea op een bok geplaatst en via het Spaarne en het Noordzeekanaal naar Amsterdam vervoerd. Daar werd het schip met precisie in een dok tegenover het Centraal Station te water gelaten. Dit proces was kostbaar en complex, maar noodzakelijk vanwege de omvang van het jacht en de beperkte faciliteiten bij de bouwlocatie.
Voor het ADM-dok in Amsterdam
Het schip werd direct een opvallende verschijning binnen de Nederlandse watersportgemeenschap. In de jaren 1920fungeerde het regelmatig als vlaggenschip van de Koninklijke Nederlandsche Motorboot Club (KNMC) en werd het gebruikt voor tochten langs de Nederlandse binnenwateren en de kust. Het schip werd geroemd om zijn stabiliteit, snelheid en comfort, en het ontwerp werd beschouwd als vooruitstrevend voor die tijd.
De Nymphaea was een van de eerste grote ontwerpen van Henri W. de Voogt, die later een van de beroemdste Nederlandse scheepsarchitecten zou worden. In de jaren dertig ontwierp hij onder andere het koninklijke jacht Piet Hein voor prins Bernhard en koningin Juliana. Hij stond bekend om zijn elegante en zeewaardige ontwerpen en werd een pionier in de luxe jachtbouw.
Zijn bedrijf groeide uit tot het bekende Feadship-consortium, dat wereldwijd toonaangevend werd in de bouw van exclusieve superjachten.
Goudriaan verwelkomt Engelse gasten in Leiden
Met de bouw van de Nymphaea zette De Voogt de eerste stap naar zijn latere succes. Zijn werk combineerde innovatieve technieken met een klassieke uitstraling, en dit jacht werd een blauwdruk voor latere ontwerpen.
De Nymphaea bleef een voorbeeld van vakmanschap en maritieme elegantie, en markeerde het begin van een indrukwekkende carrière in de internationale jachtbouw.
De Piet Hein in de catalogus van de Voogt.
Technische specificaties van de Nymphaea
• Lengte: 30 meter
• Breedte: 5,10 meter
• Diepgang: 1,70 meter
• Waterverplaatsing: circa 85 ton
• Rompmateriaal: Staal
• Motoren: Twee Standard 6-cilinder benzinemotoren van elk 100 pk
• Brandstofcapaciteit: 3.000 liter benzine
• Actieradius: circa 600 zeemijlen bij kruissnelheid
• Snelheid: Maximaal 12 knopen
• Interieur: Luxe houten afwerking, ruime salon, hutten voor eigenaar en bemanning
• Navigatie-apparatuur: Kompas, mechanische log, dieptemeter (origineel)